In alle culturen brengen mensen zoveel tijd als ze zich kunnen veroorloven door met activiteiten die, gezien in het licht van overleving en voortplanting, nutteloos lijken. Ze maken muziek, ze zingen, ze dansen. Ze houden een blog bij. Of ze beschilderen oppervlakken.
"Life imitates art" is een bekend aforisme van Oscar Wilde. Precies die hoop had de Tsjechische kunstenaar Alfons Maria Mucha (*1860 - †1939) voor ogen toen hij besloot een verblufffend epos op canvas te stellen. Dat hij door historisch significante episodes uit het Slavische verleden uit te beelden toekomstige generaties lessen in integriteit, moed en idealisme zou kunnen bieden.
Maar laten we deze spoedcursus bij het begin beginnen.
De Art Nouveau-beweging, waarvan Mucha één van de grote exponenten was, richt zich op de ontwikkeling van decoratieve schema's en gestileerde patronen. Binnen deze beweging ontwikkelde hij de Style Mucha met eigen, unieke attributen. De belangrijkste van deze is de ornamentele curve.
Voor Mucha was het onderwerp van de voorstelling altijd het uitgangspunt. Het onderwerp moest zich lenen voor de creatie van een stel motieven die op traditionele thema's gebaseerd waren, meestal ontleend aan de natuurwereld. Zo had zijn eerste serie platen, geproduceerd in 1896, als thema de vier seizoenen: onschuldige lente, zwoele zomer, vruchtbare herfst en ijzige winter.
Voor Mucha was het onderwerp van de voorstelling altijd het uitgangspunt. Het onderwerp moest zich lenen voor de creatie van een stel motieven die op traditionele thema's gebaseerd waren, meestal ontleend aan de natuurwereld. Zo had zijn eerste serie platen, geproduceerd in 1896, als thema de vier seizoenen: onschuldige lente, zwoele zomer, vruchtbare herfst en ijzige winter.
Mucha bleef op deze manier werken, met meestal twee of vier variaties op de meest uiteenlopende thema's en zo ontstond een reeks uiterst succesvolle platen. Zijn decoratieve stijl werd in deze periode ontwikkeld, tijdens de creatie van series als De kunsten (1898), De uren van de dag (1899) en De edelstenen (1900). De combinatie van sterk gestileerde botanische elementen en beeldschone vrouwen was de uitdrukking van een blije levensvisie die door het publiek van die dagen zeer werd gewaardeerd. Mucha's primaire streven bleef altijd dat hij een combinatie moest vinden van schoonheid en goedheid.
... TOT SLAVISCH
Alfons Mucha is dus vooral bekend als tekenaar en graficus. Zijn opleiding aan de Akademie der bildenden Künsten München had hem echter ook de benodigde vaardigheden bijgebracht om als schilder te kunnen werken. Tijdens de jaren '90 van de 19e eeuw had Mucha het erg druk met zijn grafische werk. Desondanks wist hij zich als schilder te uiten in vrije portretstudies. Pas in de jaren na de eeuwwisseling kreeg hij de ruimte om andere stijlen te ontwikkelen, totdat hij zich ten slotte op zijn grootste project begon te concentreren van een serie doeken gebaseerd op de geschiedenis en voorgeschiedenis van de Slaven. Op dat punt in zijn carrière begon hij op groot formaat met olieverf te schilderen.
Het mysterieuze Vrouw in de wildernis uit 1923 bewijst dat Mucha zeer bedreven was in dit genre, waarin hij realisme en symbolisme combineert voor de creatie van iets dat veel substantiëler en boeiender is dan zomaar een variatie op het traditionele historiestuk. De volle mogelijkheden verwezenlijkte Mucha in de cyclus van 20 grote doeken die de worstelingen en aspiraties van de Slavische volkeren zouden uitbeelden:
het Slavisch epos.
Het project is monumentaal, zowel in omvang als in thematiek. Sommige doeken zijn zes bij acht meter groot. De serie overspant meer dan 1000 jaar van de Slavische geschiedenis, beginnend met twee scènes die een mythologisch verleden uitbeelden en eindigend met De apotheose van de Slaven uit 1926, dat de definitieve triomf van de Slavische volkeren in hun vrijheidsstrijd tegen onderdrukkers verheerlijkt. Stuk voor stuk zijn het uitgesproken emblematische scènes die zorgvuldig geselecteerd zijn op hun morele, allegorische, religieuze, militaire en culturele inhoud. Ze zijn qua techniek visionair te noemen, vol symbolische figuren die onstoffelijk zweven, terwijl andere figuren je recht in de ogen kijken en dwingen tot overpeinzing en deelname.
het Slavisch epos.
Het project is monumentaal, zowel in omvang als in thematiek. Sommige doeken zijn zes bij acht meter groot. De serie overspant meer dan 1000 jaar van de Slavische geschiedenis, beginnend met twee scènes die een mythologisch verleden uitbeelden en eindigend met De apotheose van de Slaven uit 1926, dat de definitieve triomf van de Slavische volkeren in hun vrijheidsstrijd tegen onderdrukkers verheerlijkt. Stuk voor stuk zijn het uitgesproken emblematische scènes die zorgvuldig geselecteerd zijn op hun morele, allegorische, religieuze, militaire en culturele inhoud. Ze zijn qua techniek visionair te noemen, vol symbolische figuren die onstoffelijk zweven, terwijl andere figuren je recht in de ogen kijken en dwingen tot overpeinzing en deelname.
3 opmerkingen:
Klik op de plaatjes voor een uitvergroting!
(Inzoomen: Ctrl ingedrukt houden en aan het muiswiel draaien.)
T/m 18 april 2009:
Mucha tentoonstelling in het Kijk- en Luistermuseum Bennekom:
KLIK HIER
Of: http://www.kijkenluistermuseum.nl/
Leuk artikel over Mucha. Mooi werk heeft 'ie gemaakt. Tip in dezelfde lijn maar dan architectonisch: Le Corbusier.
Ja, misschien wel een beetje camp, maar toch prachtige schilderijen. Jugendstil panden zijn toch vaak ook erg mooi en karakteristiek.
Wist je wel dat Mucha een hoge ome was binnen de vrijmetselarij?
http://freemasonry.bcy.ca/biography/mucha_a/mucha_a.html
Een bedankje voor al die mooie werken die hij heeft achtergelaten kon er alleen af bij de Spanjolen: Muchas gracias
Een reactie posten